Beeldhouwster krijgt carte blanche van museum na gewonnen bokswedstrijd

Anne Wenzel laat zich inspireren door VOC en Willem van Oranje

Anne Wenzel laat zich inspireren door VOC en Willem van Oranje

SCHIEDAM - Eind 2019 won beeldhouwster Anne Wenzel in de boksring van toenmalig museumdirectrice Deirdre Carasso. Daarmee won zij een ‘carte blanche’ voor een van de verdiepingen van Stedelijk Museum Schiedam. In 2022 gaat ze deze verdieping inrichten. Gisteravond kregen geïnteresseerden een digitaal kijkje in het atelier van Wenzel en werd er gesproken over haar werk, haar ideeën en haar invulling van de ‘carte blanche’.

Huidig directrice van Stedelijk Museum Schiedam, Anne de Haij, nam de kijkers mee naar het atelier van Anne Wenzel voor een toer langs haar werkruimte en kunstwerken in wording.

Anne Wenzel is beeldhouwster en ze maakt het liefst grote beelden. Ze doet dit niet alleen, maar wordt daarbij geholpen door assistenten, afgestudeerde kunstenaars die haar helpen haar projecten te realiseren. De basis van de werken wordt gekleid door de assistenten, het eindwerk wordt gedaan door Anne zelf, waardoor het haar specifieke kenmerken krijgt.

Ze vertelt dat een kunstwerk altijd begint bij een idee. “Ik heb een eigen tafel in mijn atelier staan waar ik ideeën verzamel. Daarbij gebruik ik onder meer boeken en plaatjes, hoe stoffiger hoe beter. Ik kijk naar werk van andere kunstenaars en verwonder mij dan over bepaalde zaken. Zo vind ik het bijvoorbeeld heel spannend hoe de kunstenaar Brancusi vormen stapelt en hoe hij ze op een sokkel zet.”

De carte blanche die Anne Wenzel kreeg, gaat verder dan het maken van een tentoonstelling. “Ik heb acht maanden getraind. Dat was mentaal heftiger dan fysiek. De medewerkers van de boksschool hebben mij fantastisch begeleid en krijgen dan ook zeker een rol in dit project. Mijn carte blanche heb ik verkregen door een lichamelijk gevecht met de directeur aan te gaan. Dat is heel bijzonder en daarom wordt het ook niet zo maar een tentoonstelling.”

Maar voor het zover is moet er nog veel werk verricht worden. Anne laat zich inspireren door de VOC (Vereenigde Oostindische Compagnie, 1602-1800) en keert daarmee terug naar een politiek-maatschappelijk thema in haar werk. Volgens Anne Wenzel is het de taak van de kunstenaar om de spiegel van de maatschappij te zijn. “Dat is niet altijd leuk, soms doet het werk pijn en is het niet fijn om te zien. Niets in de geschiedenis is eenduidig en alleen maar positief of alleen maar negatief.” Zij laat zien dat ze op dit moment bezig is met een buste van Willem van Oranje, een beeld met een veel te grote kraag, zodat hij bijna verstikt in zijn kraag. Ze vraagt zich af of we nu over hem kunnen oordelen. Er is volgens Anne altijd sprake van een reflectie van onze tijd naar toen. “Om hem goed te zien zouden we hem misschien in zijn eigen tijd moeten zien”, aldus Anne. Het beeld moet goud en spiegelend worden, zodat wij ons letterlijk kunnen spiegelen in de geschiedenis. Ze is echter nog aan het experimenten hoe ze dat met haar grote werk voor elkaar krijgt. Op een schaalmodel in een kleine oven lukt dat prima, maar in de grote oven wordt het goud nog niet glanzend genoeg.

 “Voor mij betekent corona iets anders doen en rijker met het leven verdergaan. De lockdown bood mij allerlei nieuwe mogelijkheden om mij te ontwikkelen omdat ik door het uitstellen van tentoonstellingen ineens heel veel tijd over heb,” vertelt Anne Wenzel. “Momenteel ben ik bezig met een project rond kunstenaar Francis Bacon. Zijn werk intrigeert me al jaren, maar ik weet niet waarom. Daarom ben ik tijdens de lockdown begonnen om schilderijen waar ik niets van begrijp te vertalen in klei. Daarbij ontstaat de vorm geleidelijk. Ik stuit daarbij op heel verschillende problemen. Zo heb ik voor het beeld Gorilla gebruikgemaakt van allerlei soorten zijde. Deze moesten op een frame geplakt worden, maar bleven maar plakkerig. Toen ik mijn probleem op social media zette, kwam iemand met de oplossing. We lijmden de zijde terwijl we een bepaald soort plastic handschoentjes aan hadden. Het bleek dat in deze handschoenen een stofje zat dat ervoor zorgde dat de lijm bleef plakken. We zijn overgestapt op andere handschoentjes en toen werkte het ineens. Ook heb ik allerlei voor mij nieuwe technieken moeten toepassen, zoals lassen en emailleren, technieken die ik sinds de academie niet meer gebruikt had. Het kleurenpalet dat Bacon gebruikt heeft ervoor gezorgd dat ik ook weer ben gaan experimenteren met mijn glazuurkleuren. Het is zelfs zo ver gegaan dat ik mijn archief, dat ik in 15 jaar heb opgebouwd, nu helemaal anders heb ingericht.”

Voorlopig is het werk dat in Stedelijk Museum Schiedam tentoongesteld gaat worden nog niet klaar. Alleen het drogen van de klei van de sokkel kost al een half jaar tijd. Daarna is Anne nog minstens 12 weken aan het stoken om de klei te drogen, te bakken en te glazuren. Gelukkig beschikt zij over een enorme klei-oven van 140 x 160 x 180, die ze meestal op een temperatuur van 1140 graden gebruikt.

Afbeelding: fragment uit Zoom-meeting die het museum gisteren hield

21-05-2021